Midden America; Honduras November 2016

Suchitoto, El Salvador – Copan Honduras
Maandag 28 november
Reisdag en dus weer lekker bijtijds de wekker. Vanaf het terras van het hotel eerst genoten van een mooie zonsopgang en een fijn ontbijt en daarna gingen wij al weer voor de laatste keer op pad met chauffeur Belly. Vandaag voor de zekerheid maar even een reispilletje ingenomen, er was alleen achterin nog een plekje. Van het eerste uur niet zoveel meegekregen, lekker zitten suffen. Tot aan de grens veranderde het landschap ook niet zoveel, wel weer veel onderhoud aan de weg en nog veel slechte wegdelen, maar gelukkig konden wij over het algemeen wel lekker doorrijden. Na twee en half uur rijden kwamen wij aan bij de grens met Guatemala. Wij mochten in de rij gaan staan voor vertrek uit El Salvador, de rij was niet lang en ik was al snel aan de beurt. Error……., mijn paspoort en die van Lidewij werden meegenomen naar een kamertje achter de douanebeambte. Tja leuke vrijgezelle meiden, even onze Facebook checken zeker…. Nu weet ik dat ik een hele leuke Facebookpagina heb, maar het duurde nu wel heel lang. Er kwam een andere man terug met onze paspoorten en hij begon onze gegevens nogmaals in te vullen, ook dat duurde weer even. Uiteindelijk kregen wij ons uitvoerpapiertje. Er bleek bij binnenkomst een typefout gemaakt te zijn bij de invoer van onze paspoortnummers. Wij hebben allebei een “nul” in ons nummer en die was kennelijk ingetypt als een “o”. Een oplettertje dus voor de volgende “handmatige” grensovergangen1

Voor even de bus weer in. Nu konden wij onze paspoorten afgeven aan Igor. Echt in no time was hij weer terug met onze paspoorten met stempel voor Guatemala, wat een paar blikjes bier als smeergeld al niet kunnen doen!
De wegen zijn in Guatemala een stuk beter, dat slaapt en doezelt een stuk lekkerder. Twee uur later waren wij bij de grens met Honduras. Igor ging weer met onze paspoorten aan de haal. Omdat wij alleen naar Copan gaan, kunnen wij gebruik maken van de versnelde procedure. Wij hebben nu een stempel waarmee wij Copan, Honduras in mogen, verder reizen kan wel, maar mag helaas niet in Honduras. Binnen een half uur waren wij bij de parkeerplaats van de “binnenstad” van Copan, het laatste stukje met de benenwagen omdat de straatjes rond het centrale plein autovrij is. Onze kamers in ons kleurrijke hotel Camino Maya waren nog niet klaar, wel konden wij onze tassen al droppen. Het hotel ligt aan het centrale plein en konden alles goed te voet bereiken. Eigenlijk meteen dan ook maar naar het restaurantje ViaVia gelopen voor de lunch. Een patatje, aardappelblokjes, besteld. Was lekker, alleen de chilisaus was wat apart. Na de lunch met Anja, Lidewij en Renée het stadje ingelopen. Eerst natuurlijk naar de kerk, maar die was dicht en zou later op de dag pas weer open gaan. Het stadje is klein en de wegen zijn behoorlijk steil. Hoe verder je vanaf het centrale plein afloopt, hoe armoediger en viezer het wordt. De binnenstad wordt voor de vele toeristen wel erg schoon, netjes en in goede staat gehouden.
Na dik een uur waren wij het stadje rond en gingen wij weer even terug naar ons hotel om ons op te frissen, lekker een warme douche! Om half acht hadden wij afgesproken om te gaan eten, samen met Renée, Anja, Lidewij en Trees op zoek naar een leuk eettentje. Al snel vonden wij een gezellig restaurantje aan het plein, Twisted. Het was best frisjes en in plaats van een tafeltje op het terras kozen wij toch maar voor een tafeltje binnen, waar het overigens ook erg leuk was aangekleed. Grote zware en ruime stoelen met wegzakkussens en grote, zware zilveren borden. Wij konden van het geprijsde backpackersmenu of van het niet-geprijsde dagmenu kiezen. Wij verstonden dat het dagmenu met drie gangen 240 Liperas kosten, mooie en acceptabele prijs. Ik koos voor de kipcurry, deze was goed op smaak en lekker pittig. Nog even afrekenen, huh zoveel voor alleen het hoofdgerecht! Wij moesten p.p. een dikke 340 Liperas aftikken. Het was wel lekker, maar wij voelde ons wel een beetje bedonderd oftewel Twisted, het restaurant deed zijn naam eer aan…….

Copan Honduras
Dinsdag 29 november
Oef, best mistig en frisjes, dat is wel even wat anders dan de temperatuur bij aankomst in Copan gister. Nog maar even een truitje extra aan en ook de poncho maar even ingepakt. Igor had aangegeven dat het in het hotel soms wel wat lang kon duren met het ontbijt en dus zaten wij ruim op tijd in de gezellige eetzaal. Het lange wachten viel uiteindelijk hartstikke mee en dus goed kunnen genieten van een erg smakelijk eitje met ham en kaas.
Rond acht uur gingen wij te voet op weg naar de Maya Ruïnes, even buiten het dorpje. Marvin, onze gids, was nog even onderweg en dat gaf ons mooi de tijd om de maquette van gebied rondom en de Maya Ruïnes, oftewel stad Oxwitik, te bekijken. Daar is hij! Meteen leuke woordgrapjes met Nederlandse woorden, mooie binnenkomer!
Eerst vertelde Marvin een beetje over de flora en fauna van de Maya’s, de bomen die gebruikt werden voor kano’s, de cacaobonen, de maiskolven waarvan de resten na het opeten werden gebruikt als WC papier en de avocadoboom die vertaalt de “ballenboom” betekent.
Bij de opgraving vlogen veel mooi gekleurde papagaaien, mooie plaatjes geschoten! Op naar de gerestaureerde tempels en opgravingen. Wij begonnen bij de Acropolis, hier staan een aantal redelijk gerestaureerde tempels, een aantal beelden (al dan niet replica’s) zijn op de teruggeplaatst en het totaalplaatje geeft een goed beeld van hoe het vroeger geweest moest zijn. Hier kwamen alleen de koningen en notabelen, het was het politieke en heilige hart van deze Maya stad, koningen werden hier gekroond en begraven en verschillende ceremonies zijn hier uitgevoerd. Het altaar dat bij de Acropolis hoort bevat de sculpturen van de 16 koningen die er geregeerd hebben. De grote tempel bevat een ondergrondse binnenplaats, deze is pas ontdekt en wordt nog verder uitgegraven. Je kunt hem voor USD 15 al bezoeken, maar Marvin gaf aan dat er nu nog niet veel te zien is en dat het nog wel een dikke tien jaar gaat duren voordat het de moeite waard is.
Na de Acropolis liepen wij naar de Area Residencial El Cementerio, een mooie opgraving van graftombes van voornamelijk royals en hun naasten. Het plebs werd meer in de buurt van hun eigen huis begraven. Aan de achterkant op de Acropolis ligt het “Plaza de los Jaguars”, een soort theater maar dan alleen voor hoge priesters, het plebs was er niet welkom. Gezien de grote van het theater moeten er vroeger veel hoge priesters en geleerden zijn geweest.
Eén van de tempels van de Acropolis kun je opklimmen en via de tempel kom je aan in een open veld. Vanaf boven heb je mooi uitzicht op alles wat hier staat en mogelijk gestaan heeft. Op het veld staan een aantal pilaren met afbeeldingen van verschillende koningen. De koningen worden afgebeeld alsof zij uit de bek van een slang komen. De slang met de twee koppen was een soort oppergod van de Maya’s. Op de pilaren staan verder een aantal inscripties en natuurlijk de naam van de koning. Priesters, geleerden en koningen werden binnen een familie geboren. Kenmerken waren en hoog voorhoofd en grote oren. Het hoofd werd in de eerste maanden na de geboorte gevormd naar een (nog hoger) voorhoofd door plankjes strak om het hoofd heen te binden en dit iedere keer bij te stellen.
Op het veld staat ook de Excalinata de los Jeroglificos, een hoge tempel met een enorme stenen trap. Niet zoals je verwacht een tempeltrap naar het hiernamaals of de hemel, maar juist naar de onderwereld. Elke koning bouwde in principe zijn eigen trap (onderdeel), er staan dus heel wat tempels op elkaar. De treden, in totaal zo een 63, zijn versierd met hiëroglyfen, dit maakt deze tempel ook zo uitzonderlijk, het zijn er namelijk een dikke 2.000!

Na de traptempel kwamen wij aan bij de “Arena”. Een speelveld waar een balspel werd gespeeld tussen voornamelijk priesters en andere hooggeplaatste mensen, behalve de koning. De winnaar werd geofferd, in die tijd een hele eer. Hoe het spel gespeeld werd is niet helemaal bekend, wat men wel weet is dat er gespeeld werd met een rubberen bal van zo een vijf kilo die niet met de armen of benen aangeraakt mocht worden, alleen met de heupen of bovenlijf. De bal moest door een ring gespeeld worden, opvallend aan dit balspeelveld is dat er geen ringen maar papagaaienhoofden op de uiteinden staan.
Marvin stond nog even stil bij de vele beelden van de koningen en toen was de rondleiding alweer ten einde. Veel leuke en goede informatie over deze opgraving en de Maya’s.
Samen met Anja en Lidewij ging ik nog op zoek naar het nieuwe gedeelte, de nieuwe opgravingen van zeer waarschijnlijk een nabij gelegen dorp. Wij dachten dat wij naar rechts moesten lopen en kwamen uit achter het theater, toch de andere kant op. Lidewij voorop en die liep vol in een spinnenweb, brrrr. Snel maar weer terug naar het “veilige” beeldenveld, wij waren er wel een beetje klaar mee. De spin, de warmte…. Net voordat wij echt terug naar de ingang wilden lopen kwamen wij Rita en Linda tegen, die gaven aan dat het dorp echt wel de moeite was en dat zij nu ook bezig waren met een opgraving, dat is wel leuk om te zien! Dit keer linksaf geslagen vanaf het beeldenveld en toen kwamen wij bij het dorp aan. Er zijn contouren te zien van een huis met een binnenplaats. Op de hoek van dat huis was een graf. Dat graf is in steen gegoten waardoor je nu goed kan zien hoe groot (of eigenlijk klein) de mensen destijds waren en wat er allemaal mee begraven werd. Een stukje verder was een Japanse groep archeologen druk bezig om een woning uit te graven en deels te reconstrueren. In de woning hadden ze ook een graf aangetroffen. Met het uitgraven van het huis waren ze al dik zes maanden bezig, geduld……Tijd voor een goede lunch! Wij liepen terug via ons hotel, voor een schoenenwissel, naar de Via Via. Samen met Lidewij nam ik een nachos grande en een enchilades met goudse kaas en ananas. Beide errug lekker en meer dan genoeg, pfoe wat een bord! Om drie uur hadden wij de rondleiding met de Belg Geert, eigenaar van de Via Via. Tot die tijd lekker gechilled in de Via Via, leuk sfeertje en prima plek om gewoon lekker mensen te kijken.
Geert is een Belg die al 15 jaar in Honduras woont. Hij is daar de Via Via gestart na een jaar rondreizen en zijn carrière in het ziekenhuis. De rondleiding begon bij de Via Via en vanaf daar liepen wij een klein stukje door het stadje en kwamen uit bij de markt. De markt, nu van steen, is gebouwd met geld van buitenlandse investeerders. De grote stenen hal was voor allerlei marktproducten, maar is nu alweer alleen een vlees en vis hal, de markt barst uit zijn voegen. Het groente en fruit wordt verkocht vanuit houten kraampjes op de binnenplaats, de eens zo nette markt is weer een zooitje. Een deel van het geld van de investeerders is ook al weer verdwenen, dus een nette uitbreiding van steen is niet meer mogelijk.
Het verdwijnen van dit gemeenschapsgeld is één van de vele voorbeelden van de corruptie in Honduras. Geert vertelde dat Honduras vier soorten inkomens kent, gelden van kerkinstellingen, gelden van rijke families, drugsgeld en familieleden die in de United States werken en geld opsturen. Het minimumloon ligt rond de USD 300 per maand, dit is bij wet geregeld maar er zijn maar weinig werkgevers die het ook betalen. Gemiddeld wordt er USD 10 per maand verdient. Iedereen lapt de regels aan zijn laars want er is toch geen controle op. Voor de scholen geldt hetzelfde, de leraren worden slecht betaald of soms zelfs maanden helemaal niet. Het recht op onderwijs is er dus wel, maar de kinderen krijgen niet de lessen die ze zouden moeten hebben. Vaak gaan ze nu de straat op om armbandjes te verkopen die door de moeders en tantes worden gemaakt. Hoewel Gert vindt dat de kinderen op school horen te zijn, moedigt hij ons wel aan om de poppetjes en de armbandjes te kopen.
Wij liepen een stukje verder en bij een elektra paal stopten wij voor uitleg over de energievoorzieningen. Water is er in het droge seizoen te kort en het natte seizoen te veel, vaak komt het dan via het riool weer omhoog. Hoe verder de huizen vanaf het centrale plein, hoe slechter de voorzieningen. Elektra wordt opgewekt met dieselgeneratoren en is daarmee behoorlijk duur, over de milieubelasting zullen wij het maar niet hebben.

Aan het eind van de wandeling naar blok zeven gewandeld, tussen het centrum en blok vier/vijf staan de “goede” huizen, niet altijd even best onderhouden, maar vaak wel van steen. In blok zes/zeven staan de krotten (golfplatenhuisjes) tussen de dure villa’s, vaak maakt men gebruik van een gezamenlijke buitenkeuken. De dure villa’s zijn veelal verdient met drugstransporten. In Honduras wordt niet veel drug verbouwd, het is voornamelijk een doorvoerland.
Terug bij de Via Via kregen wij een schoolboek, hier mochten wij iets inschrijven voor de kinderen. De schoolboeken worden door Gert gedoneerd aan de school in Copan.. Er is een groot probleem met analfabetisme, zo dacht een werkneemster van de Via Via een lekker luchtje te spuiten en dit bleek pepperspray, en werd er door een ander kurkuma in het eten gedaan in plaats van kerrie. Op deze manier hoopt Gert zijn steentje te kunnen bijdragen in het aanpakken van in ieder geval dit probleem.
Het was een enerverende en leerzame wandeling met veel verhalen over armoe en ongeluk, als je in Honduras, Copan bent een aanrader. En wat hebben wij het toch goed, hopelijk komt er een oplossing voor de armoe in Honduras.
’s Avonds in de Via Via een kapsalon gegeten, sla met aardappelblokjes, gekruide kip en saus, erg lekker! Na een paar gezellige drankjes teruggekeerd naar het hotel en vol van alle informatie in een diepe slaap gevallen.

 

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *